Toegangs- en identificatieparameters binnen MAGDA
Inhoudsopgave
Context binnen MAGDA
Tijdens het MAGDA aansluitingsproces worden er voor u enkele toegangs- en identificatieparameters aangemaakt. De doelstelling van de verschillende parameters is de nodige IDENTIFICATIE te voorzien en een extra laag BEVEILIGING te faciliteren. Afhankelijk van het technische protocol waarin de MAGDA Dienst is opgebouwd (SOAP/REST) zal er een andere identificator van toepassing zijn. In dit overzicht worden de verschillende parameters in detail toegelicht.
1. Identificatie voor de MAGDA Afnemer
1.1 Uniform Resource Identifier (URI)
Unieke identificatie van de juridische verantwoordelijke met eventueel de dataverwerker en de finaliteit.
Onderdelen binnen de URI
Juridische verantwoordelijke: De organisatie die over de JURIDISCHE BASIS beschikt om de gegevens te gebruiken.
Dataverwerker : De organisatie die de data bij het MAGDA-platform komt ophalen. Is een optioneel onderdeel en enkel van toepassing indien verschillend van de juridische verantwoordelijke.
Finaliteit: Gerechtvaardigd verwerkingsdoeleinde, vaak onderdeel van een JURIDISCHE BASIS, waarvoor gegevens gebruikt worden.
Wordt gelinkt aan een Concept IPDC uit de IPDC van Digitaal Vlaanderen en uitsluitend naar een instantie IPDC indien het een toepassingsgebied Vlaams Gewest heeft, het een specifieke dienstverlening voor één lokaal bestuur betreft of er een filtering op maat van één lokaal bestuur nodig is.
Meer informatie over IPDC van Digitaal Vlaanderen kan hier teruggevonden worden. De handleiding rond IPDC staat hier beschreven en de technische handleiding kan men hier raadplegen.
Omgeving: De technische omgeving op het MAGDA-Platform waar de gerealiseerde aansluiting staat.
2. Beveiliging voor de MAGDA Diensten via het SOAP protocol
2.1 Common Name (CN)
Unieke identificatie dat onderdeel uitmaakt van het certificaat en dat de juridische verantwoordelijke met eventueel de dataverwerker en een toepassing identificeert.
Onderdelen binnen de CN
Organisatiecode: De KBO nummer van de organisatie. Indien KBOnr 0316.380.841, dan gebruiken we de OVOcode. Indien er geen Belgische organisatiecode beschikbaar is, zoeken we een oplossing op maat.
Dit onderdeel komt ook overeen met het “Domein” in DCBaaS
Juridische verantwoordelijke: De organisatie die over de JURIDISCHE BASIS beschikt om de gegevens te gebruiken.
Dataverwerker: De organisatie die de data bij het MAGDA-platform komt ophalen. Is een optioneel onderdeel en enkel van toepassing indien verschillend van de juridische verantwoordelijke.
Applicatienaam: De toepassing die de technische connectie maakt met het MAGDA Platform.
Omgeving: De technische omgeving op het MAGDA-Platform waar de gerealiseerde aansluiting staat.
2.2 Certificaat
Een vorm van beveiliging en identificatie van de toepassing van waaruit en naar waar er gegevensstromen gebeuren.
Inhoud van het certificaat
Common Name (CN): Identificatie van de bronapplicatie - wordt geleverd door MAGDA bij het aansluitingsproces
Organisational Unit (OU): Leesbare naam van de aanvrager, beperkt tot 24 tekens. In de mate van het mogelijke dient deze overeen te komen met de officiële naam van de aanvrager zoals volgens bestaande codering
vb Stad Antwerpen, Provincie Vlaams-Brabant
Organisation (O): De organisatiecode van de organisatie. Voor Vlaamse overheid zonder rechtspersoon: OVO Code, Alle andere: KBO Code
vb KBOXXXXXXXXXX, OVOYYYYYY
Country Code (C): Landcode
Voor MAGDA vast als 'BE'
2.3 Stappenplan voor CN’s en Certificaten
De Common Names (CN’s) én Certificaten voor MAGDA Aansluitingen worden beheerd in het Certificatenbeheer of de DCBaaS toepassing van de veiligheidsbouwstenen van Digitaal Vlaanderen. Hieronder staat een overzicht van de verschillende stappen die nodig zijn voor de aanmaak en koppeling van een Common Name, Certificaat en MAGDA Dienst.
Stap | Beschrijving | Uitvoerder |
---|---|---|
Aanmaak Common Name/Toepassing in DCBaaS | Er wordt door het MAGDA Team tijdens het MAGDA Aansluitingsproces een nieuwe Common Name aangemaakt in het Certificatenbeheer (DCBaaS).
| MAGDA |
Goedkeuren Common Name/Toepassing in DCBaaS | De nieuwe Common Name wordt automatisch goedgekeurd en slechts in beperkte gevallen is er nog een actie nodig van de Afnemer. De toegang tot het certificatenbeheer en de beschikbare functies worden bepaald door de rol die een gebruiker heeft gekregen van de Lokaal Beheerder in het Gebruikersbeheer van de Vlaamse overheid (IDM).
Meer informatie over het Gebruikersbeheer vindt u op de website. | ACM of AFNEMER |
Aanmaak van een DCBaaS Certificaat voor een Toepassing | Zodra de Common Name is aangemaakt is het voor de Afnemer mogelijk om hiervoor een nieuw DCBaaS Certificaat aan te maken. Dit is pas mogelijk NA communicatie van het MAGDA Team. | AFNEMER |
Koppeling DCBaaS Certificaat & MAGDA Dienst | De nieuwe Common Name en het daaraan verbonden Certificaat wordt door het MAGDA Team aan de gewenste MAGDA Dienst(en) gekoppeld. | MAGDA |
Meer informatie over het aanmaken en beheren van certificaten binnen certificatenbeheer (DCBaas) vindt u hier. |
Impact bij MAGDA voor het beheren van een certificaat
| Impact op Certificaat | Impact bij MAGDA |
---|---|---|
Vernieuwen/verlengen DCBaaS Certificaat | Vernieuwen obv zelfde Common Name | Geen impact |
Vernieuwen/verlengen Certificaat met publieke CA | Vernieuwen obv zelfde Common Name | Actie nodig Voor vragen rond de impact bij MAGDA kan er contact opgenomen worden via de MAGDA Service Desk. |
3. Beveiliging voor de MAGDA Diensten via het REST protocol
3.1 ACM OAuth ClientID
GUID ter identificatie van de toepassing in het Beheersportaal van Veiligheidsbouwstenen
Momenteel is er een één op één koppeling tussen een URI en een ClientID
Meer informatie over het Beheersportaal van Veiligheidsbouwstenen.
3.2 Stappenplan voor ACM OAuth ClientID
De ACM OAuth ClientID’s voor MAGDA Aansluitingen worden beheerd in het Beheerportaal van de veiligheidsbouwstenen van Digitaal Vlaanderen. Hieronder staat een overzicht van de verschillende stappen die nodig zijn voor de aanmaak en koppeling van een ACM OAuth ClientID en MAGDA Dienst.
Stap | Beschrijving | Uitvoerder |
---|---|---|
Aanmaak ACM OAuth ClientID | Er wordt door het MAGDA Team tijdens het MAGDA Aansluitingsproces een nieuw ACM OAuth ClientID aangemaakt in het Beheerportaal waarbij er een eerste koppeling is met MAGDA API’s. Door de afnemer zelf aangemaakte clientID's kunnen niet gekoppeld worden aan MAGDA API’s. | MAGDA |
Koppeling ClientID & MAGDA Dienst | De nieuwe ClientID wordt door het MAGDA Team gekoppeld aan de aangevraagde MAGDA Dienst obv de scopes. | MAGDA |
Authenticeren obv Publieke key door Afnemer | De nieuwe ClientID moet door de Afnemer in het Beheersportaal nog de nodige authenticatie krijgen obv de publieke key. Dit is pas mogelijk NA communicatie van het MAGDA Team. Mogelijke manieren van authenticeren
Meer informatie over het Authenticeren obv Publieke key in het beheerportaal van ACM/IDM vindt u hier. | AFNEMER |
Meer informatie over de werking van de ACM Oauth Client Credential Grant vindt u hier. |
4. Contact
Met vragen rond Gebruikersbeheer kan u terecht op Gebruikers en rechten tot je digitale toepassingen beheren, contactcenter via 1700 of dit contactformulier.
Met vragen rond het gebruik van Certificatenbeheer (DCBaaS) kan u terecht op vodcb@vlaanderen.be.
Met vragen rond het gebruik van MAGDA-Diensten en/of MAGDA Aansluitingsprocedure kan u terecht bij de MAGDA Service Desk. Vermeld indien mogelijk je dossiernummer.
Related content
Voor vragen of opmerkingen kan u de MAGDA helpdesk contacteren
De MAGDA Gebruikersomgeving is een officiële website van de Vlaamse overheid
uitgegeven door Digitaal Vlaanderen