Document toolboxDocument toolbox

1.4.1.1. Inleiding risicomethodiek

Waarom werken volgens een methodiek?

Bij methodisch werken gaat het niet meer om intuïtief handelen, maar om een methodische en systematische aanpak waaraan voordelen zijn verbonden:

  • de kans op fouten neemt af omdat er meer greep is op wat er gebeurt en men verder vooruit kan zien;

  • zowel een ander als jijzelf weet wat er verwacht mag worden;

  • het eigen handelen kan beter geëvalueerd worden om zo nodig het handelen te verbeteren;

  • anderen krijgen een duidelijker beeld van de werkzaamheden en van datgene waarvoor men staat;

  • nastreven van uniformiteit.

Methodisch handelen is dus werken volgens een weldoordachte manier om op een zo effectief en efficiënt mogelijke manier het doel te bereiken dat je voor ogen hebt.

Methodisch werken heeft ook te maken met het streven naar verbetering van de kwaliteit. Methodisch werken is een vorm van procesbesturing, zoals beschreven in het document ‘‘Vo informatieclassificatie – Minimale maatregelen – Proces Risicobeheer“. Het heeft als doel iets op een beheerste, gestructureerde en gecontroleerde wijze te laten verlopen. Methodisch werken heeft vier kenmerken:

  • Het handelen is doelgericht en bewust: De uitvoerder weet wat hij doet (bewust) en waarom (doel)

    • Gericht op een concreet en vooropgesteld doel;

    • Continu scherp op middel en doel;

    • Doen wat bijdraagt aan doel, niet wat er niet aan bijdraagt;

    • Aan anderen uit kunnen leggen wat je doet en waarom;

    • Kritisch en structureel terugblikken op (eigen) handelen.

  • Het handelen is systematisch en dus repetitief: het verloopt volgens van te voren geplande stappen. Deze stappen zijn afgeleid van de doelstelling.

    • Logische stappen;

    • Gefaseerd werken;

    • Niet ad hoc of te snel conclusies trekken.

  • Het handelen is procesmatig: de verschillende stappen sluiten op elkaar aan. Daarbij wordt rekening gehouden met het effect dat de ene stap op de andere heeft.

    • De ene actie schept voorwaarden voor de volgende actie(s);

    • Een ‘foute’ inschatting is onderdeel, geen einde; aan anderen uit kunnen leggen wat je doet en waarom;

    • Kritisch en structureel terugblikken op (eigen) handelen.